Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Bi
1. vlag die biseksualiteit symboliseert
  • bi

bi

  1. (lhbt) zowel met mannen als vrouwen seksueel actief
    • Ze zijn rolmodellen om hun activisme of simpelweg om hun bereidheid openlijk lesbisch of bi te zijn. [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord bi bi's
verkleinwoord - -

debim

  1. (lhbt) iemand die zowel met mannen als vrouwen seksueel actief is
    • op vakantie in Thailand werd duidelijk dat hij geen homo, maar een bi was. 
92 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[2]
  • bi

bi g

  1. (vliesvleugeligen) bij
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bi     bien     bier     bierne  
genitief   bis     biens     biers     biernes  
    Gebiedende wijsNaamwoord
    bibith v
    OnafhankelijkAfhankelijk  
    Tegenwoordige tijdthaa bheil / chan eil
    Verleden tijdbharobh
    Toekomende tijdbidham bi/ cha bhi 
    Voorwaardelijkbhiodhbiodh
    1e pers enk.bhithinnbithinn
    1e pers mv.bhiomaidbiomaid

    bi

    1. zijn, wezen
      «An robh an cù ann? Bha! »
      Was de hond er? Ja!
    2. hulpwerkwoord van de tegenwoordige tijd, gebruikt voor een tegenwoordig deelwoord = a(g) + naamwoord van handeling
      « Tha mi ag obair.»
      Ik werk. Ik ben aan het werk.
    • bi

    bi o

    1. (vliesvleugeligen) bij
    bis enkelvoud meervoud
      onbepaald bepaald onbepaald bepaald
      nominatief     bi     bit/biet     bin     bina  
      genitief     bis     bits/biets     bins     binas