Naar inhoud springen

omhoog

Uit WikiWoordenboek
  • om·hoog
  • In de betekenis van ‘bijwoord van plaats: in de hoogte’ voor het eerst aangetroffen in 1486 [1]
  • samenstelling van  om  en  hoog  [2]

omhoog

  1. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: in opwaartse richting
  2. in opwaartse richting
     Waarom had ik geen donder gehoord of bliksem gezien tijdens mijn tocht omhoog? Wat had ik *** spijt van het plan om de zonsondergang en zonsopkomst vanaf de top te willen gaan bekijken.[3]
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]